Tienen goed vertegenwoordigd op Wereldtentoonstelling Brussel 1935

1De crisis van de jaren 30 was de grootste economische depressie van de twintigste eeuw. Deze prestigieuze tentoonstelling was meteen een uitstekend middel om de crisis het hoofd te bieden. Van april tot november 1935 stonden 450 paleizen en paviljoenen open voor de bijna 20 miljoen bezoekers.  Tienen, dat toen 21.000 inwoners telde, was op de tentoonstelling aanwezig met industrie en instellingen.

2

In het ‘Paviljoen van de provincie Brabant’ werd o.a. aandacht besteed aan de provinciale werken en instellingen. Hier werd Tienen vertegenwoordigd door :

1/ de ‘Provinciale Normaalschool voor jongens, Franstalige en Nederlandstalige afdeling’.

Na Brussel was Tienen in 1911 een interessante locatie om er een tweetalige normaalschool op te starten. De stad lag op de taalgrens en de verbindingen ernaartoe waren gemakkelijk en talrijk. Toen bleek dat de stad Tienen kosteloos voldoende en ruime lokalen ter beschikking kon stellen, ging men van start in lokalen van het Tiense weeshuis. Na een toelatingsexamen werden 18 van de 22 kandidaten voor het eerste jaar aanvaard. In 1916 werd de PNT door de Staat erkend. De gronden aan de Sliksteenvest waren reeds aangekocht om er een nieuw gebouw op te richten dat in 1924 in gebruik werd genomen. In 1935 waren reeds 524 diploma’s van onderwijzer uitgereikt.

2/ de ‘Provinciale Landbouwschool’.

In 1909 werd de stad eigenaar van het ‘hotel Beauduin’ (de vroegere ‘Tinnen Schotel’) en werd een beroepsschool voor mechanica en schrijnwerkerij opgericht. De landbouwschool kreeg ook een lokaal in dit gebouw. In september 1913 gingen de eerste lessen van start. De landbouwschool had als doel jonge boeren kennis te laten maken met de agrarische cultuur, het fokken, de mechaniek, … om hen zo vertrouwd te maken met de moderne werkmethodes op de boerderij. Ook praktijklessen op de boerderij werden voorzien.

4

Naast de diorama’s van deze instellingen  kon men ook het grote ‘Levend landschap van Tienen’, gemaakt door Henri Logelain, aanschouwen. Net als het pronkstuk, uitgevoerd door de kunstenaar Edgard Tytgat: een zeer grote ‘Toeristische kaart’ met aan beide zijden filmprojecties waarop Tienen ruimschoots tot zijn recht komt als een te bezoeken stad.

5

De Tiense industrie was in het ‘Textiel-paviljoen’ vertegenwoordigd door de kousenfabriek ‘Herve Frères’. Dit bedrijf kreeg op de tentoonstelling een ‘Grand Prix’ en tevens een ‘Médaille d’Or’, twee prestigieuze prijzen uitgereikt door internationale jury’s.

‘Fabrique de Bonneterie Herve et Frères’ had zich gespecialiseerd in het vervaardigen van kousen, sokken en kielen. Het bedrijf kwam tot stand op de vroegere site van de azijnstokerij Thielens, tussen de Bostsestraat en de Moespikvest, dus tegenover concurrent Elite. De locatie werd gekocht door de uit Verviers afkomstige familie Herve, die in de vroegere Moutmolen aan de Getelaan een textielfabriekje uitbaatte. In 1912 dienden de gebroeders Herve een bouwaanvraag in om de originele infrastructuur van de oude azijnstokerij uit te breiden met ateliers voor de productie van kousen.              

6Tienen werd in het ‘Paleis der Voedingsbedrijven’ ook nog vertegenwoordigd door de ‘Tiense Suikerraffinaderij’, waar in 1935 buiten de bietencampagne 2.000 en tijdens de campagne 2.500 arbeiders, bedienden en ingenieurs werkten.

7

8

Ook de vroegere ‘Groote Brouwerijen van Hougaerde’ was vertegenwoordigd op de tentoonstelling.

9

Tot slot nog een wist-je-datje.

De Brusselse kunstenaar Egide Rombaux (1865-1942) was verantwoordelijk voor de sculpturen van het centrale paviljoen van de tentoonstelling waarvan hij er een aantal zelf realiseerde.

Het monument ter ere van de Tiense gesneuvelden en gedeporteerden van de Eerste Wereldoorlog (in de volksmond ‘de vliegende dame’), gelegen op de Kalkmarkt, is een gezamenlijk werk van diezelfde beeldhouwer Egide Rombaux en architect Léon Govaerts.

10

Auteur : Eric Walravens

Video ‘Brussels World Exposition 1935′ (zonder klank)

Video ‘Wereldtentoonstelling 1935 – Dag van het Jeugd Rode Kruis’ (met klank)