De Bietenclub en haar verleden.

De voorbije weken leerden we de kersverse vrouwenclub Freya en de heropgerichte Bietenclub al kennen. Maar waar begint het verhaal van die laatste? Laten we teruggaan tot vóór WOII, want dat is waar de Bietenclub voor het eerst het levenslicht ziet. Door de oorlog wordt de club echter al snel weer opgedoekt en duikt ze pas weer op in 1949.

In 1949 beslissen enkele universiteitsstudenten om in Tienen een studentenclub op te starten omdat Tiense studenten nog niet echt op kot gaan. Het zijn eerder spoorstudenten die elke dag pendelen tussen thuis en de universiteit. De vereisten om lid te worden zijn eigenlijk simpel: meld je aan en wees niet vies van een pint.

Een clubjaar liep van oktober tot Pasen, met op paasmaandag als afsluiter een kroegentocht langs alle gelegenheidscafés in Hakendover.

De meeste leden waren oud-studenten van het Atheneum, slechts enkelen kwamen van ‘t College, later zou hier wel meer evenwicht in komen. Een clubjaar liep van oktober tot Pasen, met op paasmaandag, als afsluiter, een kroegentocht langs alle gelegenheidscafés in Hakendover. Daarna begon immers ‘de blok’ en moesten ze studeren. Doorheen hun jaren wisselden ze geregeld van stamcafé.

Starten deed de club in restaurant de Beurs, met een diner voor alle oude en nieuwe leden. Hun eerste clublokaal was boven café Royal, bij het volk zeer gekend dankzij eigenaar Mil Moka, zoon van de eigenaar van Café Moka op de Grote Markt. Een tap was er niet dus bier werd in kruiken naar boven gedragen. Na een voorval waarbij men het overschot van het bier langs de trap naar beneden had gegoten werd de club echter duidelijk gemaakt dat ze een nieuw lokaal moesten zoeken. Dat vonden ze in de Groten Hert en later nog  in de Touring.

Activiteiten bij de club bestonden uit vergaderingen waar met behulp van bier de creativiteit voor liederen en speeches werd aangewakkerd. Ook cantussen, een echte studententraditie, werden hoog in het vaandel gedragen. Ze zongen de hele avond samen de liederen uit de studentencodex en lieten het bier vloeien. Dit verbroederingsmoment ging vaak gepaard met plechtige momenten zoals het dopen van schachten, het wisselen van bestuur of het afscheid nemen van leden die afstudeerden.

Drie jaar op rij plande de club ook een heus clubweekend, waarbij ze met de bus naar Keulen gingen voor Rosenmontag. Dit werd georganiseerd met geld dat ze verdienden door het organiseren van een groot bal en enkele TD’s. Tijdens dit weekend waren de meeste leden steeds terug te vinden in café Odd am Rhein, een lang en donker café, met aan één zijde een heel lange toog. Eén jaar dacht lid Pol Taverniers  de deal van z’n leven gedaan te hebben bij het omwisselen van de Belgische franken naar Duitse marken. Hij ruilde zijn geld voor een ongezien goede wisselkoers maar merkte, eenmaal in Keulen aangekomen, echter dat hij Oost-Duitse marken had gekocht… Gelukkig heeft de clubkas hem tijdens dat weekend voorgeschoten.

Eén jaar dacht lid Pol Taverniers de deal van z’n leven gedaan te hebben bij het omwisselen van de Belgische franken voor Duitse marken.

Samen naar activiteiten gaan deden ze vaak: het studentencarnaval in Leuven, de buurtkermissen rond Tienen en bezoeken aan de cafés van de ereleden van de club.  Maar ook bezoeken aan brouwerijen waren zeer geliefd. Ze namen ook deel aan interclubs, voetbaltoernooien tegen andere clubs, en steunden via inzamelacties zelfs de Hongaarse studenten die door de Hongaarse Opstand in 1956 moesten vluchten.

Tot slot nog twee van de vele anekdotes over het clubleven.

Begin jaren ’50 organiseerde de Bietenclub een galavertoning van een toen zeer succesvolle film. Dit in de VOX, waar nu Circusatelier Salto zit. Een paar vrienden die pastoor waren, wilden ook graag naar deze voorstelling komen maar konden dit niet zonder de toestemming van de deken. Rik Boel, student rechten, en enkele andere clubleden gingen de zaak bepleiten bij de toenmalige deken maar konden het pleit niet winnen. Voor de deken betekende ‘gala’ hetzelfde als ‘decolleté’. Dus mochten de bevriende priesters niet naar de voorstelling.

Ook over het jaarlijks bal is er nog een verhaal. Dat viel in de jaren ’50-’54 namelijk op 6 december en men had bijgevolg Sinterklaas (Rik Boel) en Zwarte Piet (Jacques Delmulle) uitgenodigd. Op een bepaald moment werd het ook voor Sinterklaas tijd om een dansje te wagen. Het bleef niet alleen bij een paar danspasjes maar er werd wat losser en gekker gedaan, echter zonder misstappen. Hoe dan ook werd Sinterklaas de week nadien wel bij de vicerector van de KUL geroepen voor een reprimande, echter zonder verdere gevolgen.

Auteur: Yana Vandeborne en Eric Walravens

Foto’s: oude en huidige Bietenclub, Eric Walravens