Op 31 oktober, de dag waarop jaarlijks Halloween wordt gevierd, werd ’s avonds in CC de Kruisboog in Tienen voor de eerste maal het Halloween Horror Fest gehouden. Eerder die dag had ik echter eerst nog een afspraak gepland met wat vrienden in Antwerpen. De horror die bij de treinrit Tienen – Antwerpen retour kwam kijken, was op zich al voldoende om van een geslaagde Halloween te spreken. Het Horror Fest deed daar echter nog (in positieve zin) een schepje bovenop.
Ik ben iemand die je gerust een filmliefhebber mag noemen. De films oplijsten, die ik in mijn leven al gezien heb, zou tot de aanleg van een aanzienlijk naslagwerk kunnen leiden en van mijn filmcollectie kun je gerust stellen dat het er een is om u tegen te zeggen. Ik ben overigens ook zo’n echte old school verzamelaar: Nee meneer, geen digitale downloads voor mij. Ik wil de doosjes van mijn DVD’s en Blu-Rays op mijn kast zien prijken. Ik wil het schijfje kunnen vastnemen en in de speler naast mijn TV kunnen steken, als een soort van ritueel dat deel uitmaakt van de hele anticipatie naar het eigenlijke film kijken. Om in de juiste stemming te komen, zeg maar. Tenslotte hou ik ook heel erg vast aan de gewoonte om de films waar ik het meest naar uitkijk steevast in de bioscoop te gaan zien. Wat mij betreft gaat er nog steeds niets boven de filmervaring op het grote, witte doek. Wat betreft genre heb ik echter wel vaak de neiging om terug te grijpen naar mijn persoonlijke voorkeuren. Ik geloof heel hard in de film als bron van escapisme en het genre moet dit zo goed mogelijk in de hand kunnen werken. We hebben het hier dus over actie, fantasy, thriller, science-fiction, maar vooral ook het horrorgenre.
“Leuk detail: wie verkleed komt krijgt een korting van 2 euro op de inkomprijs.”
Mijn vriendin deelt overigens dezelfde liefde voor film als ik. Onze interesse was dan ook heel erg gewekt toen we te weten kwamen dat het Horror Fest in Tienen om film bleek te draaien: het is namelijk een soort van filmfestival op kleine schaal, waarbij er allemaal kortfilms in het horrorgenre worden vertoond. Het is een plaatselijk initiatief, dat met name de bedoeling heeft om het genre – dat in het filmlandschap van Vlaanderen en België toch nog steeds relatief onderbelicht blijft – wat meer in de spotlight te zetten en zo ook de verscheidene filmmakers, die er zich in bekwamen, de kans te geven om met hun werk naar buiten te komen. Leuk detail: wie verkleed komt (liefst een beetje angstaanjagend natuurlijk) krijgt een korting van 2 euro op de inkomprijs. Verkleed waren we zelf niet (onze Halloween outfits steken nog steeds ergens ver weg in een verhuisdoos, en ook ons beste monsterachtig gezicht opzetten, werd door de jury achter de kassa niet goedgekeurd) dus helaas was het volle pot betalen voor ons. Met een inkomprijs van 4 euro per ticket viel dit eigenlijk reuze mee. Eens we binnen waren, zagen we echter dat veel mensen wél hun best gedaan hadden: de Kruisboog werd die avond namelijk bevolkt door redelijk wat creaturen die we liever niet ’s nachts in een donker steegje ons pad laten kruisen. Naast de vertoning van 10 kortfilms stond eveneens gepland op de affiche: een wedstrijd waarbij deelnemers uit het publiek hun beste horrorschreeuw mochten laten horen, en waarbij de winnaars, naast een fles cava en een acteerrol in één van de kortfilms die volgend jaar op affiche zullen staan, ook nog de eer kregen om voor één avond de titel ‘Scream King’ en ‘Scream Queen’ van Tienen te mogen dragen. De gelukkige Scream King kreeg in dit geval zelfs het gezelschap van maar liefst twee Scream Queens. De 10 kortfilms werden door ons volledig uitgezeten en met variërende opinies bedeeld. Tevens spraken wij een woordje met Dries en Shan, die als koppel gekomen waren en ook tot Scream King en Scream Queen van de avond gekroond werden.
Dag Dries en Shan, jullie zijn verkozen tot Scream King en Scream Queen van de avond. Maar niet alleen bleken jullie de beste schreeuwers van de avond te zijn, jullie hebben ook een opvallend verkleedtalent. Kunnen jullie ons een woordje uitleg geven bij jullie outfit? Waren er bepaalde inspiratiebronnen?
Shan: We hadden van dit evenement gehoord en ook gezien dat de inkomprijs goedkoper was indien je verkleed kwam. Dit wilden we dus wel doen, maar in het begin was het nog niet helemaal duidelijk als wie of wat we zouden gaan. We hadden een aantal ideeën overlopen en uiteindelijk bleek de keuze op een zombie te vallen. Dat bleek de meest voor de hand liggende optie om te werken met de spullen die we reeds in huis hadden. Dan moesten we niet speciaal bijkomende kosten maken. En het is zeker toepasselijk. Voor de samenstelling van mijn outfit stuitte ik tijdens mijn zoektocht in huis op een tiara die ik nog ergens had liggen. Dus mijn zombie kon ik dan een beetje een prinsesachtige, klassiek-romantische touch meegeven. En hij (wijst naar de labojas van Dries) hij werkt effectief in een labo, dus…
Dries: Ik werk in een labo, dus ik heb gewoon mijn labojas aangetrokken. Ik moet dus een soort van zombiedokter voorstellen, haha. ☺
Mooi gedaan. Wij nemen aan dat jullie ook geïnteresseerd zijn in het horrorgenre?
Dries: We kijken samen wel eens een horrorfilm, ja.
En is er een bepaalde reden waarom jullie aangetrokken zijn tot dat genre? Kunnen jullie die interesse verklaren?
Shan: Goh, daar weet ik niet meteen een antwoord op. Dat is niet zo gemakkelijk uit te leggen denk ik…
Dries: Ik denk meer de sfeer van die films…
Shan: En de spanning!
Dries: Ik ben zelf niet zo snel bang, maar dat soort spanning ervaren, dat vind ik eigenlijk wel fijn. Het is gewoon leuk om af en toe samen op de zetel zo’n spannende filmavond te beleven.
Hebben jullie ook lievelingsfilms binnen het genre?
Shan: Dead Snow, die ze vorig jaar met Halloween ook hier in CC De Kruisboog hebben gedraaid, vind ik zelf wel goed. Toen hadden ze hier ook een soort van evenement met Halloween en die film heb ik toen gezien.
Dries: Ik was er toen niet bij, maar achteraf hebben we hem nog eens samen gekeken en ik kan inderdaad bevestigen dat het een goede film is.
Dries en Shan mogen een rol gaan vertolken in één van de toekomstige filmprojecten van regisseur Ray Kermani, die zelf één van de centrale drijvende krachten vormt in de organisatie van het Halloween Horror Fest en dit jaar maar liefst drie van zijn films op de affiche had staan. Wij namen de gelegenheid om hem even apart te nemen voor een kort gesprek.
Dag Ray. Zou u uzelf even kort kunnen voorstellen?
Ray: Mijn naam is Ray Kermani. Ik ben zelf nieuw in Tienen, ik woon hier nu misschien een dik jaar. Ik ben afkomstig van Leuven, maar door de enorme vastgoedprijzen daar verhuisd naar Tienen. Ik moet toegeven dat het in het begin een beetje aanpassen was aan de cultuur en de mentaliteit hier, maar ik zag toen wel al in dat Tienen veel te bieden heeft. Je hebt alle nodige supermarkten en ook op vlak van openbaar vervoer zit het goed: je hebt een station, je hebt goede trein- en busverbindingen… Ondertussen woon ik hier graag. Ik heb onlangs ook in de Knack gelezen dat de term ‘Marginale Driehoek’ ook volledig achterhaald is. Steeds meer mensen die hier komen wonen, zouden tot de hogere middenklasse in Vlaanderen horen. Het zijn veelal mensen die in Brussel werken en die door de prijzen van Leuven zijn opgeschoven naar hier. Volgens dat artikel zouden de prijzen hier binnen 10 jaar ook naar het niveau van die van de duurdere woonlocaties in Vlaams-Brabant stijgen. En dan heb je ook nog eens de betonstop die een tijdje terug werd uitgevaardigd… Vanuit dat oogpunt is hier iets kopen volgens mij een hele goede investering. Daarom vind ik het ook belangrijk en heel positief dat er mensen zijn, zoals jullie en wij, die elk op hun eigen manier op cultureel vlak een steentje bijdragen tot de groei van de stad.
Zou u even kunnen uitleggen hoe u juist verbonden bent aan dit evenement?
Ray: Ik heb samen met drie Tienenaars – Daniel Camu, Sylvie Uyttebroek en Jessie Persoons – hieraan gewerkt. Met z’n vieren hebben wij een tijdje geleden beslist om voortaan hier in Tienen een horror kortfilmfestival te organiseren. En waarom nu horror? Ja, omdat de filmindustrie in België en Vlaanderen toch vooral gericht is op drama en comedy. En de genres die hierbuiten vallen, die worden een beetje in het ongewisse gelaten. Daarom was ik heel blij met de TV-serie en gelijknamige film ‘Crimi Clowns’ van Luk Wyns, die daar ineens out of the blue was. En dan heb je daarnaast ook Adil el Arbi en zijn kompaan Bilal Fallah, die ook heel goede dingen doen…
En de film ‘Welp’, die een tijdje terug ook verschenen is.
Ray: Ja, Welp! Van Jonas Govaerts! Wauw. Een tijdje geleden was ik in de bioscoop om ‘IT’ te gaan kijken. Ja, natuurlijk een horrorfilm. ☺ Toen zag ik daar de filmaffiche van ‘Le Fidèle’ hangen, met daarop de namen van Michael R. Roskam als regisseur en Mathias Schoenaerts in de hoofdrol. Fantastische acteur, fantastische regisseur, daar niet van, maar het gaat toch weer eens om dezelfde namen die je ziet terugkomen. En het is ook altijd met dezelfde mensen. Je moet daar maar eens op letten. Bij elke Vlaamse film die in de zalen verschijnt zie je altijd dezelfde drie cameramannen terugkomen, dezelfde drie regisseurs, dezelfde drie hoofdacteurs… Ik overdrijf natuurlijk, maar toch is het de indruk die ik heb. En dat terwijl er zoveel nieuw talent is dat jaarlijks van het RITCS, van Sint Lucas of van de andere filmscholen afstudeert… en die dan uiteindelijk eindigen in één of andere bank, of bij de Post, of als ambtenaar en dus helemaal niet aan de bak komen in het vak waarmee ze iets willen doen. Het is alsof het in de Belgische filmwereld steeds gaat om een uitverkoren groepje dat alles mag doen. Ik weet niet waarom, maar ik heb het idee dat het VAF (Vlaams Audiovisueel Fonds) ook alleen maar budgetten wil vrijgeven voor diezelfde enkelingen.
Misschien vooral uit een gevoel van veiligheid?
Ray: Ja, misschien. Een gevoel van zekerheid. En waarschijnlijk ook wel door de connecties die er bestaan. Omdat het ook altijd om dezelfde productiehuizen gaat die de budgetten loskrijgen. En dan heb je anderen, zoals ikzelf, die met nul fondsen moeten werken. Alle films die ik maak, die zijn met nul budget gedaan. Volledig met eigen middelen.
Als we het goed begrepen hebben zit u niet alleen in de organisatie van het Halloween Horror Fest, maar bent u zelf ook regisseur?
Ray: Klopt, ik maak zelf films. De hele reden, de hele opzet van dit evenement was: we gaan eens een keer de horror-filmmakers de kans geven om hun product voor te leggen aan het publiek. Zonder megalomaan te willen klinken, maar hier in België word ik zelden opgenomen in de selectie van een filmfestival, terwijl in het buitenland mijn kortfilms ‘Seance’ en ‘The Summoning’ op volle toeren worden gedraaid in de VS en Canada. Dus heb ik veel contacten gelegd via Facebook en andere sociale media met andere mensen in het vak, die een voorliefde voor horror hebben en hen gevraagd wat ze ervan zouden denken als we hun films op een bepaalde manier toch aan het grote publiek zouden kunnen tonen. En ze waren allemaal meteen enthousiast. We kregen zelfs reacties in de trant van: “Meen je dat echt!? Mijn film op een groot scherm? In een echte zaal?” ☺ En zoals je waarschijnlijk wel gemerkt hebt, vertaalt de diversiteit in de selectie filmmakers die deelnamen aan het project zich ook naar de films die je net in de zaal hebt gezien. Allen hebben ze hun eigen inzichten en eigen stijl.
Is dit de eerste editie van het Horrorfest?
Ray: De eerste, inderdaad. We zijn nog maar net begonnen, dus de naambekendheid hebben we nog niet. Maar de bedoeling is wel dat we het vanaf nu jaarlijks gaan houden, dus misschien kan onze naam tegen dan al wat meer verspreid zijn. Voor deze eerste editie hebben we het puur Belgisch gehouden, maar onze intentie is om het vanaf volgend jaar ook open te trekken naar andere landen. In eerste instantie zal dat voornamelijk om de buurlanden gaan: Nederland, Duitsland, Frankrijk… Nederland bijvoorbeeld is veel verder vooruit dan wij, op vlak van horror he. Denk maar aan Dick Maas: ‘De Lift’, ‘Amsterdamned’, ‘Sint’… Hij heeft onlangs zijn laatste, ‘Prooi’, nog losgelaten op het publiek. Je hebt gewoon zoveel cult-horror in Nederland, er is daar echt een voedingsbodem en een publiek voor. Maar in België, ja… Je hebt Jonas Govaerts. Op trash/cult vlak heb je hier sowieso al veel minder, en op commercieel vlak denk ik dat Govaerts zowat de enige is. ‘Welp’ was op dat vlak een toonbeeld: Een mooi afgewerkt product, strak… Ik kan oprecht zeggen dat ik dat een fantastische film vind.
Wij vonden hem ook heel goed.
Ray: En zijn nieuwe reeks ook: ‘Tabula Rasa’. In feite een samenwerkingsproject tussen Govaerts en de regisseuse van ‘Beau Séjour’, Kaat Beels. Deze reeks heeft hoge ogen gegooid op het Film Fest in Gent een tijdje geleden, ik zou ze dus zeker in de gaten houden.
Beleefdheid is de nieuwe punk. Haat, dat vind je overal.
Zou u kort kunnen samenvatten waarom u zo aangetrokken bent tot het horrorgenre?
Ray: Omdat het genre eigenlijk in zekere zin een weerspiegeling is van het echte leven, waarin je ook veel horror ziet. Je moet alleen maar kijken naar onze overheid, ons politiek systeem… Ze drijven om de haverklap de prijzen van de basisvoorzieningen omhoog: elektriciteit, water, gas… Dan heb je ook nog de accijnzen op eten en drinken, de lonen die niet mee omhoog gaan, de kloof tussen arm en rijk die steeds groter wordt… En de volledige factuur wordt doorgeschoven naar de middenstand… Dat is voor mij één grote horrorfilm. Dus als je mij zou vragen “wie is voor jou de grootste boogeyman?” Dan zou ik zeggen: Ja iemand als Bart de Wever dus. Of een Theo Francken. Waarom? Omdat het absolutisten zijn, dictators. Je moet niet naar het witte scherm kijken, maar gewoon naar het dagelijks leven. Mijn roots liggen in Iran, met een regime dat mensen omwille van hun geaardheid, hun ideologie, hun religie kan straffen zonder enig maatschappelijk verweer. Dat is de grootste horror. Ik hoop dat deze uitleg niet op je overkomt alsof ik geschift ben of zo, maar ik denk dat jullie wel begrijpen wat ik bedoel. Het symbolische achter al die films die ik mee schrijf en maak, is de vraag: “wij als enkeling in het midden van de maatschappij, wat is onze plaats?” Horror kan de mens, de maatschappij ook een spiegel voorhouden. Wijze mensen zoals Michael Van Peel zouden zeggen “beleefdheid is de nieuwe punk” (“decency is the new punk”). Maar haat, dat vind je overal.
Om af te sluiten: Als u één horrorfilm als absolute favoriet zou mogen vernoemen, welke zou dat dan zijn?
Ray: Dat is een moeilijke vraag. ☺ Ik ben een hele grote fan van twee regisseurs, die tegelijk ook mijn voornaamste invloeden zijn en dat zijn John Carpenter en James Wan. Omdat beiden enorm werken op de sfeer en het tempo.
‘The Conjuring’ en ‘Insidious’ van Wan behoren tot onze favoriete horrorfilms van de laatste jaren en wij moeten inderdaad bekennen dat we daarnet op het scherm bij jouw films inderdaad veel invloeden herkenden.
Ray: Dankjewel! Als ik één horrorfilm van de voorbije 20 jaar zou mogen aanraden aan iedereen, dan is dat het Franse ‘Martyrs’. Geregisseerd door Pascal Laugier, die zelf in een depressie zat toen hij de film maakte, wat zich ook uit in de donkere, gestoorde aard van de film. Er is ook een Amerikaanse remake van het origineel, maar blijf daar alstublieft van weg. Nee, als je ooit de kans krijgt, kijk dan die originele Franse versie en dan garandeer ik je veel slapeloze nachten. ☺
Hij staat bij deze op onze must-see lijst! Bedankt voor het gesprek.
In de donkere nacht wandelen we terug naar huis en denk ik terug aan de woorden van Ray. Stephen King heeft ooit over het horrorgenre het boek ‘Danse Macabre’ geschreven. Ik haal een citaat voor de geest: “We look at horror movies to learn to cope with the real horrors of life.” Zou er een grond van waarheid in zitten?
Auteur: Steven Van Engeland
Foto’s: Stephanie Van der Wilt