Een doordeweekse dag in Tienen – een adembenemende verschijning

Daar staat ie dan, in vol ornaat te pronken op mijn pad. Ik vertraag en hap even naar adem. Er is weinig tijd; ik moet een keuze maken. Snel overweeg ik mijn opties. Of rechtdoor lopen en de confrontatie aangaan. Of toch maar dat bochtje extra maken en elke vorm van contact vermijden. Het wordt het bochtje. Of eerder een grote en trage bocht. Behoedzaam passeer ik hem, zonder al te bruuske of onverwachte bewegingen. De idee dat hij me zal achtervolgen en een snavel in mijn billen zal planten, jaagt me toch meer angst aan dan ik had durven denken. Ik durf het toe te geven: het is een belachelijk zicht. Het helpt dat er niemand anders rondwandelt die dit tafereeltje kan gadeslaan. Eens gepasseerd, ga ik meteen een versnelling hoger het vervolg van mijn looptour in. Hij zou me maar kunnen achtervolgen, stel u voor! ‘Eeeooouuw’ schreeuwt hij me nog achterna. Hoe ik deze kreet moet interpreteren weet ik niet goed.

© Andre Mouton via Unsplash

Bij het eerste bezoek aan ons huidige huis hoorden we hem voor de eerste keer: `Eeeooouuw.` We keken naar elkaar en naar de makelaar. “Dat is het huisdier van de wijk, ook wel de charme van de wijk” zei deze laatste een beetje gniffelend, een beetje verveeld. We waren meteen verkocht. De schreeuw van de pauw brengt ons instant terug naar een vakantie in het heerlijke zuiden van Spanje. Na een lange dag van bezoekjes in de dorre rotsmassa van de Alpujarras, streken we neer in Pecina. Een dorpje van amper drie straten, verscholen in de inham van een berg, met een hemels panorama over het grillige landschap. Een beetje bedwelmd door de goedkope Spaanse wijn, stonden we rond middernacht te turen in de donkerte van dit panorama. Daar hoorden we hem schreeuwen, uit het niets. De schreeuw weergalmde tussen de rotsen, waarna de stilte nog meer op ons viel. Niet voor lang, want hij had nog veel te vertellen. Vol bewondering en verbazing beluisterden we zijn verhalen. De pauw van Pecina werd een begrip voor ons. En nu, zovele jaren later, kregen we onze eigen pauw. De pauw van Tienen.

© Darshan Pate via Unsplash

Al gauw bleek het niet om één pauw te gaan. Er waren er zeker drie, die we regelmatig zagen passeren. Twee mannetjes en een vrouwtje. Soms waren ze alleen, soms met twee en soms gingen ze samen op pad. Ze hadden hun favoriete plekjes. Bepaalde voortuinen, en vermoedelijk ook achtertuinen, konden steevast rekenen op getimede pauwenbezoekjes. Want dat deden ze wel; op dezelfde uren naar dezelfde plaatsen gaan. Ook bepaalde daken bleken aangenaam om te vertoeven. Andere daken konden dan weer fluiten naar een visite van de pauw. We waren al wat fier als onze voortuin eens verkozen werd als speelplaats. Dan konden we hen van dichtbij, maar toch ook zeer veilig van binnenuit, observeren. Zo stil als mogelijk slopen we naar het raam om hen vanop de eerste rij te kunnen begluren. Bij te snelle bewegingen maakten ze zich vliegensvlug uit de voeten. Na een bezoekje van de pauwenvrienden was er altijd één groot risico: pauwenkak. Uit ervaring hebben we gemerkt dat deze echt stinkt. De massa is eveneens moeilijker te kuisen en groter dan die van een doorsnee vogeltje. Enthousiaste kindervoetjes trappelden ook al eens makkelijker in deze smurrie, met alle geurende en besmeurende gevolgen van dien. Maar ach, dat namen we er maar bij.

En ineens was er een pauwenpauze. Als verworven tuindiereigenaren waren we lichtelijk bezorgd. We zagen of hoorden onze pauwen amper. Zou er iets gebeurd zijn? Waar waren ze? Was alles wel in orde met hen? Af en toe zagen we een mannetje, alleen. Tot op een dag de verklaring voorbij wandelde in de vorm van vijf pluimenbolletjes. Mevrouw pauw was mama geworden van vijf blinkende, en al bijzonder grote, babypauwen. Familie pauw was klaar met cocoonen en trok de wijde wereld in: mama pauw voorop, gevolgd door de vijf kindjes met papa pauw in hun kielzog.

© Claire Smith via Unsplash

Opnieuw mochten we getuigen zijn van enkele pauwenrituelen. Mama nam haar kindjes mee naar haar favoriete plekjes. ‘s Morgens zag je de vijf bij elkaar gedrukte pluimenbolletjes met mamapauw onder het lampje aan hun lievelingsvoordeur zitten. Overdag trokken ze rond, van tuintje tot tuintje, met lak aan de verkeersregels van de omliggende straten. Geruis in een voortuin stond meestal gelijk aan bezoek. Nu de pauwen ouder worden zwermen ze al eens vaker uit, elk op zoek naar eigen avontuur. Pauwen houden blijkbaar wel van een spelletje verstoppertje. Zo stapte ik onlangs uit de auto en werd ik verrast door een enorm luide  “eeeuuoow”. Ik verschoot me een ongeluk, maar nergens was er een pauw te bespeuren. Dan kan ik me alleen maar voorstellen dat deze pauw in de struiken zat te gniffelen om zijn geslaagde mopje. Meneer pauw lijkt dan weer een fan van een spelletje voetbal en zet zich schrap op de goal van het Bloemenplein. Na zijn wedstrijd druipt hij af naar het Vianderdomein. Onderweg neemt hij alle tijd om het ronde punt over te steken, met in zijn kielzog een brommende vrachtwagen.

Pauwenbezoek in onze voortuin blijft een feest. Van achter ons raam – want ik zou ze nog steeds niet in levende lijve durven trotseren – kunnen we deze prachtige pauwen zien groeien.  De favoriete daken, waar de silhouetten van de pauwen afsteken bij een ondergaande zon, blijven prachtig om te zien. En ook onze kinderen zijn fan. Ze kennen de pauwenschreeuwen als de beste en zijn echte pauwenspotters geworden. Geen verstoppertje voor hen. Ik geef het toe, soms kan er al eens veel geschreeuwd worden en soms laten ze al eens wat vuil achter. Maar het blijft een bijzonder gegeven. De pauwen van Tienen zijn voor ons een begrip geworden.

Auteur: Lisa Debroyer
Foto’s: Unsplash