Strikt genomen ben ik een vrouw van weinig woorden.
Zo strikt als ‘strikt genomen’ zijn kan
verstrengel ik mijn stilte in ons hooggebed van
strelingen, stroomt mijn ziel geluidloos
door dit ronkende lichaam van ons twee,
stuitert mijn zoemende, zoete bonzen
als een sluipmoordenaar over jouw borst.
Lees mijn stilzwijgende lippen, die brandend
landen op de jouwe,
ze fluisteren je eeuwigheid toe en kronen je
met ambrozijnen zoenen. Stamel me
alles toe wat ik horen wil, boekdelen van
regenende vingertoppen op mijn rug,
dronken armen, zoekend
naar een onderkomen voor de nacht.
Haren die geruisloos door elkaar waaien,
want we zijn wind, de allermooiste,
allerstilste van de hele wereld.
Auteur: Nele Sterkendries