Moeke van “Bij Gukke”

Er zijn zo van die mensen die iedereen kent. Niet omdat ze machtig of beroemd zijn, niet omdat ze wereldkampioen of popidool zijn, maar omdat ze deel uitmaken van het levende erfgoed van een stad. Zo van die mensen die in al hun bescheidenheid onmisbaar zijn geworden voor de gemeenschap waar ze deel van uitmaken. Eveline “Moeke” Beddegenoodts is er zo een. Dat zal iedereen die op de Aarschotsesteenweg in Tienen woont, je volmondig bevestigen.

Eveline Beddegenoodts kwam naar Tienen in 1954. Ze was, zoals dat gaat, haar grote liefde gevolgd. Haar man, August Guelinckx, was een hardwerkende verver en samen openden ze een kleine zaak met voedingsmiddelen op de hoek van de Oude Kleerkoperstraat en de toenmalige Kazernestraat (nu Minderbroedersstraat). Ze doopten het winkeltje “Bij Gukke”, naar de bijnaam die August, “Gukke de Verver”, in de buurt kreeg.

In die jaren zaten er nog steeds soldaten in de kazerne, die vaak door Gukke werden achternagezeten, telkens wanneer ze met stukken fruit, die buiten aan de winkel lagen, aan de haal gingen. De korte spurt naar de kazernepoort eindigde meestal in een overwinning voor de guitige soldaten. Het winkeltje was echter een succes en zag het jonge gezin in de jaren ’50 uitbreiden met drie kinderen. In 1958 zien August en Eveline zich echter genoodzaakt om te verhuizen na het overlijden van hun laatstgeborene. Ze vertrekken vanuit het centrum naar de Breisemstraat aan de Aarschotsesteenweg, waar ze hun zaak verder zetten.

Het winkeltje wordt zo een erg levendige plek, waar de klanten al snel, in navolging van haar vijf kinderen, Eveline “Moeke” beginnen noemen.

Al snel worden ze door de buurt in de armen gesloten en kan hun zaak uitbreiden. Hun nieuwe pand is ruimer en laat toe dat er nu ook verf en behangpapier kunnen worden verkocht. In geen tijd groeit hun zaak uit tot een echte buurtwinkel waar mensen niet alleen komen kopen, maar ook gewoon samenkomen om een babbeltje te slaan. Het gaat het jonge gezin opnieuw voor de wind en er komen in de daaropvolgende jaren drie flinke zonen bij die het gezin verder uitbreiden. Het winkeltje wordt zo een erg levendige plek waar de klanten al snel, in navolging van haar vijf kinderen, Eveline “Moeke” beginnen noemen.

In 1962 verhuist het gezin voor een tweede keer. Ditmaal naar een ruime woning, waar Gukke nog als verver aan de renovatie had meegeholpen, op de Aarschotsesteenweg. De extra ruimte werd door het ondernemende gezin gebruikt om opnieuw meer voedingswaren aan te bieden aan hun ondertussen steeds toenemende vaste cliënteel. En ook hier nam het gezin verder uitbreiding met de geboorte van de laatste drie kinderen.

Moeke groeide uit tot een icoon van de buurt. De winkel was elke dag, ook op zondag, open van ’s ochtends tot ’s avonds. Zelfs doorheen haar laatste zwangerschappen bleef Moeke hele dagen werken: van het ogenblik dat de kinderen naar school vertrokken tot wanneer ze ’s avonds gingen slapen, kon iedereen terecht “Bij Gukke”. Ondertussen kon men in de winkel ook voor een paar frank telefoontjes plegen, wat het buurtwinkelgevoel alleen maar versterkte.

In 1968 liep het bijna fout toen een houtkachel voor een brand zorgde in het magazijn en alle daar gestockeerde goederen vernielde. Maar ook deze tegenslag werd overwonnen. Vijf jaar later gaf August, gedwongen door ziekte, zijn carrière als verver op en verf- en behangspullen verdwenen uit het aanbod van hun winkel. In plaats daarvan groeide de zaak uit tot een echte drogisterij waar alles te vinden was van wol en garen, over kaas en zuivel, tot zelfs broekkousen. Maar August was er niet de man naar om stil te zitten en schoolde zich om tot imker wat vanaf dan voor een aanbod aan verse honingproducten in de zaak zorgde. In de jaren ’70 en ’80 was de winkel een vaste waarde voor de Tienenaars.

In 1985 besloot Moeke om na meer dan 30 jaar de zaak over te laten om zich fulltime te kunnen wijten aan de zorg voor August. Maar omdat het pand geen tuin had, werden er geen overnemers gevonden.

Na het overlijden van August, in 1995, ontfermde Moeke zich over haar kleinkinderen en werd ze vrijwilligster in tal van organisaties: de BOM, de Ziekenzorg, het Neerhof (een vereniging van mensen die kippen hielden) en de Vrouwengilde, en overal noemt men haar “Moeke”. Net zoals op het Houtemhof  waar ze nu woont. De buren van vroeger wandelen nog altijd langs bij Moeke en springen nog steeds binnen voor een babbel.

Van het winkeltje op de Aarschotsesteenweg kan je vandaag amper nog iets zien, het is verbouwd tot een gezinswoning. Maar het verhaal van Gukke en Moeke wordt door de hele buurt levend gehouden.

Reporter: Alain Van Den Broecke

Fotografe: Lotte Hendrickx