Wat brengt u hier? Vandaag: de grot aan de Onze-Lieve-Vrouw-ten-Poelkerk.

Onze stad heeft een grot. Een heuse grot. Enfin, het is een kunstmatige, maar toch, het is een grot. U weet, de kerk op de Grote Markt, de Onze-Lieve-Vrouw-ten-Poelkerk? Wel, nabij deze kerk was er vroeger een poel: de Haspoel. Eén van de bronnen is nu nog in de grot onder de kerk. Men zegt (maar ja, men zegt zo veel) dat zieken die van de bron dronken, snelle genezing kenden. De grot is kunstmatig en werd gebouwd  in mei 1873, boven de bron, in het voormalige huis van éne Louis Jamodt (vroeger stonden er huizen tegen de achterkant van de kerk). Dat huis werd later afgebroken, maar de grot bleef overeind. Nu is het plek met een maria-beeld, veel kaarsen en al evenveel bedankingsbordjes aan de ruwe muren. Vanop het oorlogsmonument kan u de ingang van de  grot zien. U kan de bron bezoeken, als het hekje open is. TienenTroef deed dit en sprak er met een frequente bezoekster.

Ze is blond, een rijzige verschijning en ergens in de dertig. Maar ze wil liever anoniem blijven, wenst een extreem korte persoonsbeschrijving (u las ze net) en al helemaal geen foto. ‘Dat is niet relevant. Mijn verdriet is universeel. Ge hoeft daar geen gezicht op te plakken’, zegt ze. Ik luister.

Deze plek, deze grot, is voor mij de mooiste plek in Tienen.

Pardon?

Ik verloor jaren geleden een kind, een zoontje, bij de geboorte. Het was mijn eerste kind. Ik was daarna een tijdje behoorlijk van de kaart. Maar wandelen deed me goed. Soms wandelde ik tientallen kilometers. Het verzet de gedachten. En tijdens zo’n wandeling verzeilde ik hier, in deze grot. Het was hier, dat ik de eerste keer tot rust kwam na het verlies. Ik ben achteraf iets gaan eten in een naburige frituur en ben met de bus naar huis gegaan. Sindsdien kom ik hier regelmatig.

Deze plaats heeft een speciaal effect op jou? Kan je dat omschrijven?

Ik kan me voorstellen dat voor gelovigen deze grot een soort poort is naar een andere dimensie: een poort naar god, naar de hemel, naar een persoon die stierf. Dat is het niet voor mij. Ik ben niet gelovig. Nooit geweest, en na het onbegrijpelijke verlies van mijn zoontje, zal ik het allicht ook nooit meer worden. Ik ben ook geen fan van het instituut kerk, zeker niet met al die pedofilieschandalen, enz. Maar ik ben wel min of meer katholiek opgevoed, dus ik hou wel van kaarsjes. Ik brand hier soms ook een kaarsje, omdat ik wel van het ritueel hou. En ik draag het kaarsje ook op aan mijn zoontje. Maar verder zit daar niets achter. Ik denk niet dat hij in een hiernamaals zit en dat ik hem daar ooit terugzie. Pas op, dat zou wél mooi zijn. Ik zou het wel graag willen, maar het lijkt me onwaarschijnlijk.

Als deze grot voor jou geen religieuze poort is, wat is het dan wel?

Voor mij is deze grot een poort naar de stilte. Mijn eigen bubbel in de drukte van een stad. Een soort anachronisme. Een reliek uit het verleden.  Op één of andere manier heeft iedereen, gelovig, niet-gelovig en alles daar tussenin, respect voor deze plaats. Deze plaats zal ook nooit verdwijnen of drastisch veranderen. Très catholique, maar anderzijds bevalt me die standvastigheid, in een wereld die alsmaar verandert. Ik hou van de stilte hier, elk geluid is gedempd. Niemand weet dat ik hier ben. Iedereen laat me hier met rust. Niemand klampt me aan.  Terwijl de buitenwereld vaak aan me trekt en dingen van me vraagt/eist, kan ik hier lekker mezelf zijn, lekker nietig en nietsbetekenend. Na 20 à 40 minuten mijn gedachten te laten leegvloeien, voel ik me weer opgeladen en kan ik er weer tegen.

En hoe gaat het nu met u? Slijt jouw verdriet? Of is dat een domme vraag?

Er zijn geen domme vragen (lacht). Neen, het blijft knagen. Maar ondertussen ben ik opnieuw mama van twee gezonde dochters, dus dat helpt wel. Het allesvernietigende verdriet is geweken, maar deze grot zit voor altijd in mijn hart.

Bedankt voor dit gesprek.

Auteur: Chris François

Fotograaf: Philippe Van den Panhuyzen