Chainsaw Massage bij de BuurtBank

Zaterdag. De dag die ik steevast moeizaam op gang getrokken krijg.

Duizendpoot Siegfried had voorgesteld om zelf toch eens een BuurtBank te maken. (lees: dat ik dan eindelijk toch eens écht iets zou doen voor dat projectje van ons in plaats van hem al het werk te laten opknappen).

10u is het wanneer ik opdaag met mijn handen vol – handschoenen, gepast werkschoeisel en een zak waarin ik dacht dat de zopas aangeschafte koffiekoeken zaten, maar het bleek gewoon het brood te zijn. Niet goed wakker dus en me nog onbewust van de angst en de drempels die ik die dag zou gaan overwinnen. Ik mag nog even aanschuiven aan de ontbijttafel met dé vrouw en 3 jongeren, die van de aangename soort.


Na een bakje troost starten we eraan, met de radio aan want zonder muziek wil weinig lukken.

Na een bakje troost starten we eraan, met de radio aan want zonder muziek wil weinig lukken. Siegfried is zo vriendelijk, en zoals achteraf blijkt verstandig geweest om de grote stukken al klaar te maken. 1 groot deel voor het zitvlak en 4 kleinere die poten zullen worden. Terwijl ik me afvraag hoe dat ooit zal lukken, krijg ik een professionele uitleg over het plan van aanpak en het werkgerei dat we zullen gebruiken.

Een kettingzaag? Shit.

Koptelefoon op en beschermbril aan. Siegfried doet het voor. Ziet er simpel uit van ver. Gewoon dat ding in het hout zetten en gaan.

Dan de uitleg over de kettingzaag. Over hoe dat ding terugslaat als je met het bovenste tipje het hout raakt. Chainsaw Massacre. Een flits van mezelf zonder rechterarm, een stuk van mijn been eraf. Angst. Ik voel mijn hart harder gaan kloppen wanneer Siegfried me dat moordzuchtige ding overhandigt met de woorden “Nu gij!”.

En daar sta ik dan. En ik durf niet. Want wat als… ik dat machien stuk doe? Wat als ik er te veel af doe? Wat als ik het verpest? En wat gaan ze doen met mijn arm als die eraf ligt, tussen het zaagsel? Hoe snel bloedt een mens eigenlijk dood?


“Het hout gewoon strelen” zegt hij en ik lach omdat ik ‘strelen’ en ‘kettingzaag’ niet direct zie samengaan.

Siegfried blijkt een geduldige en zen-kalme leermeester. Hij durft zelfs te gaan zitten en moet wat lachen – was dat groen?- om mijn gebrek aan durf. Te weinig, te veel eraf. Het hout werkt niet mee. Het ligt niet aan mij. Echt niet. Af en toe – of te vaak- moet hij ingrijpen.

Ondertussen instructies over hoe ik best ga staan, beide voeten stevig op de grond, overbewust van mijn houding en al mijn ledematen. “Het hout gewoon strelen” zegt hij en ik lach omdat ik ‘strelen’ en ‘kettingzaag’ niet direct zie samengaan.

Poten er nog inzetten. Iets over duim en Pie. En dat Siegfried dat toch gewoon op het zicht kan, eigenlijk.

Na kettingzaag en boor volgt afschuren. Ik voel ontspanning komen, tot hij zegt: “Wel oppassen want ge stoot daar snel mee in het hout”. Lap. Daar gaat mijn hart weer.


Dat ik iets geleerd heb over mezelf door een bank te maken.

Terwijl ik het zitvlak afschuur steekt Siegfried, achter mijn rug, nog een andere bank in elkaar. In de tijd die ik nodig had, gedeeld door… euhm, veel.

5u na de moeizame start keer ik naar huis. In een soort lichte roes van adrenaline overgoten met enthousiasme. Met een rustige geest, stramme spieren en al mijn ledematen nog intact. Dat ik iets geleerd heb over mezelf door een bank te maken. Dat ik mezelf weer een beetje overwonnen heb. En dat het verdekke plezant was ook.

Auteur en foto’s: Anneleen Giedts

Klik hier voor de Facebookpagina van De Buurtbank