Debat Deel 6: Grote handelszones aan de rand van de stad. Vloek of zegen voor de kleine handelszaken in het centrum?

Op 4 mei verzamelde TienenTroef 10 experten voor een debat over handelen en ondernemen in Tienen. In het eerste stuk kon je de mening van de panelleden volgen over de troeven van Tienen, daarna of Tienen een stad is voor ‘funshoppers’ of ‘runshoppers’, of de auto een plaats heeft in de stad, wat de juiste manier is om klanten aan te trekken, en wat de rol van de stad is inzake het stimuleren/begeleiden van ondernemerschap in Tienen. Vandaag wordt er gedebatteerd over de positieve en negatieve punten van grote handelszones.

 Kan het overleg en de communicatie tussen handelaars en de stad beter?

  • Steven Janssens: Dat is moeilijker te beantwoorden. Dat is een beetje het eeuwige probleem. Wat we niet willen weten, weten we niet. En als je iets wil weten, dan vind je de info uiteindelijk wel. We moeten durven om meer te werken met denktanks, zoals deze.
  • Wim Bergé: Het is al moeilijk om de stadsdiensten te laten samenwerken, en dat is maar een beperkte groep. Als je daarenboven een externe groep moet betrekken gaat dat vaak moeizaam. Hoewel er voor het zomerprogramma van de stad goed is samengewerkt tussen stad en handelaars.
  • Steven Janssens: Waarom dan geen werk maken van het idee van Marijn en werken met billboards.
  • Carlo Joseph: Het gebrek aan communicatie is er altijd al geweest.
  • Voelen jullie je als handelaar betrokken bij de vele burgerinitiatieven die in Tienen de kop opsteken?
  • Carlo Joseph: Wij waren wel vragende partij om samen te werken tijdens de events rond het reuzenrad afgelopen Paasvakantie. Nu daar is wel over gesproken en dat is inmiddels uitgeklaard. Er is best wel samenwerking tussen privé-initiatieven en handel.
  • Bart Debbaut: Ik kan burgerinitiatieven enkel maar toejuichen, alles begint met creativiteit en goesting. Ook niet-commercieel ondernemen moet ondersteund worden. Maar we zouden best wel werk maken van een overkoepelende kalender, een tweejaarlijkse folder,… . Neem nu de Kunstroute Tienen of de Stadsakker: Is iedereen hiervan op de hoogte? En dan wil ik ook nog meegeven dat ik om 19u optreed in het Theatercafé, ik verwacht iedereen daar (lacht).
  • Wim Bergé: We zijn bezig het met ontwikkelen van een stadsmagazine.
  • Steven Vanhoegaerden: Het zegt wel iets als zelfs wij, de geëngageerde burgers, niet op de hoogte zijn.

 

Zijn de supermarkten en grote ketens aan de rand van de stad en op de invalswegen een aanwinst, omdat ze volk op de been brengen, of eerder een minpunt, omdat ze klanten uit het centrum houden? Of is er geen sprake van zo een uitgesproken scheidingslijn?

  • Steven Janssens: Ik mijn ogen zijn supermarkten een goed teken, maar er is een verschil. Ze zijn gericht op massaconsumptie, ze hebben meer parkeerplaats. Het trekt mensen naar Tienen, en toch worden de parkeerplaatsen in het centrum niet ingenomen. Dit houdt het centrum aantrekkelijk voor kleinere handelszaken. De handelskern van de stad moet gewoon andere diensten aanbieden.
  • Carlo Joseph: Het succes van die grote ketens is eenvoudig: ze hebben een eigen parking, waar de klant geen boete moet vrezen. Maar we moeten hen absoluut zien als een versterking voor de stad.
  • Wim Bergé: Je kan supermarkten ook niet tegenhouden, dus we kunnen hier best zo positief mogelijk mee omgaan. Het is het startschot voor de hergroepering van bestaande handelszaken. Het biedt een opportuniteit voor handelszaken die nooit in de stadskern zouden passen omwille van te kleine panden of te weinig parkeerplaatsen. Sommige zaken moet je ook niet naar de stad trekken. Je moet gewoon tegengaan dat je centrumzaken naar daar uitwijken. Dat kan handelskernversterkend werken.
  • Martine Ponsaerts: (pikt in) Ik ga niet akkoord met die handelskernversterkende werking, handelskernversterkend werken is echt het centrum aanpakken en niet de rand. Als het buiten de stad ligt, is het weg uit het centrum. Simpel.

  • Marc Onclinx: Je mag niet vergeten dat Tienen uiteindelijk wel niet erg groot is. Onze stad is maar een duim groot. We moeten meer diversifiëren, meer speciaalzaken in de kern en grote ketens kunnen in de rand.
  • Bart Debbaut: Het is geen voor- of nadeel in mijn ogen, ik heb er geen last van. Het is goed dat er plaats is voor zaken die niet in het centrum horen. Het zorgt ervoor dat er geen scheidingslijn meer tussen kern en rand is. Het is één geheel.
  • Joseph Carlo Declercq: In speciaalzaken draait het inderdaad meer rond beleving, dus ook zij gaan er in mijn ogen geen ‘last’ van hebben.
  • Luc Ardies: Hét woord is hier kernversterking. De problematiek hierrond is historisch gegroeid. Er was geen plan voor ruimtelijke ordening, geen distributiebeleid. Er dient een proactief beleid gevoerd te worden met de vraag: hoe gaan we het hier organiseren? We moeten af van die handelslinten op de invalswegen. Er is geen standaard handleiding voor ‘de stad’, je kan alles clusteren op één plaats, maar er is een verschillende passe-partout nodig voor elke aparte stad. Men dient na te denken over welk soort handelszaak men op welke locatie in de stad wil. Wat kan of wat kan niet? En daar dan je vergunningsbeleid op afstemmen. Het is beter die grotere zaken te laten clusteren net buiten onze stad in plaats van ze naar een andere stad te duwen. Men dient ook rekening te houden met bepaald aankoop- en mobiliteitsgedrag, want alles is gebaseerd op lokaal aankoopgedrag. Je kan ook bepaalde voorwaarden opleggen, maar er is wel de belangrijke pijler van de vrijheid van het ondernemen. Er is bijvoorbeeld een nood aan een bepaald aantal nachtwinkels in een regio. Men dient als handelaar vooral vanaf het eerste moment te weten wat kan en wat niet kan. Handelaars die naar de stadsdienst gaan moeten dan ook duidelijke antwoorden krijgen.
  • Steven Janssens: En dan is er nog niet gesproken over het belang van sociale media vandaag. Het belang van nieuwe, jonge mensen die de stad nieuw leven inblazen. NU moet de stad de juiste mensen op de juiste plaats hebben.
  • Steven Vanhoegaerden: De consument van morgen is niet die van vandaag. Heel veel handelaars focussen nog te veel op vandaag.
  • Marc Onclinx: Ik zou afsluitend een citaat willen voorlezen dat ik onlangs las en dat me aan deze thema’s deed denken. Het citaat gaat over Lanaken, maar is volgens mij ook toepasbaar op Tienen: “Lanaken heeft geoordeeld dat het liever top is in een provinciale reeks, dan een meeloper in derde nationale.” De ambitie voor de handelaars in Tienen hoort te zijn om volledig te gaan voor waar ze goed in zijn. Specialisatie, differentiatie, kwaliteit,… voor de Tienenaars zelf!

 

Transcriptie: Evy Ceusters, Kim Rutten, Alain Van Den Broecke

Foto’s: Kobe Declerck, Britt Sterckx, Yana Vandeborne